Ekklesia Leiden
Lopende serie diensten
Thema 40 dagentijd: Onze omgang met de tijd
9 maart | De toekomst komt ons tegemoet | Karin van den Broeke |
16 maart | Kairos en Chronos | Owe Boersma |
23 maart | Tijd en eindtijd | David van Veen |
30 maart | Neem alsjeblieft de tijd | Antje van der Hoek |
6 april | Tijdloze tijd | Marcel Barnard |
9 maart Karin van den Broeke: De toekomst komt ons tegemoet (Marcus 1: 9-15)
Met de Veertigdagentijd markeren we een periode in het kerkelijk jaar. Ieder jaar opnieuw volgen we het ritme van het kerkelijk jaar. Het is een ritme dat binnen de lineaire tijd van ons leven een cyclisch element van tijd inbrengt. Deze cyclus is geen gesloten cirkel, die zichzelf in de tijd slechts herhaalt. De cyclus brengt tijd en eeuwigheid met elkaar in gesprek en openbaart hoe Gods toekomst zich niet lineair in de tijd ontvouwt, maar soms, even oppopt en richting wijst. Hoe is het Koninkrijk van God goed nieuws in onze tijd?
16 maart Owe Boersma: Kairos en Chronos (Johannes 17)
Twee figuren uit de Griekse mythologie die staan voor twee ‘gezichten’ van de tijd. Bij chronos gaat het om de lineaire meetbare tijd, bij kairos in de bijbel gaat het om het beslissende moment, het moment dat alles erop aan komt.
“Nu is de tijd gekomen”, zegt Jezus in Johannes 17. Maar ook antiapartheidsstrijders vonden in 1986 dat de tijd gekomen was om een einde te maken aan het onrecht. En in 2009 deden de Palestijnse Christenen het hun na.
Hopen wij nog op een kairos, en hoe verwachten we die dan?
23 maart David van Veen: Tijd en eindtijd (Lucas 21)
We horen van een stevige tekst uit Lucas over de tekenen van de tijd, maar ook over de vijgenboom die laat zien met haar groene knoppen dat de zomer komt. Wat zeggen die tekenen ons? Hoe verbinden we dat met onze tijd en actualiteit? Wat kunnen wij met dat geloof in de eindtijd en de komst van de Mensenzoon? Hij die zegt: Hemel en aarde zullen verdwijnen, maar mijn woorden zullen nooit verdwijnen.
30 maart Antje van der Hoek (liturg Japke): Neem alsjeblieft de tijd (Pred 3 en Marc 8: 34/5)
We bewegen ons als mens door de tijd, maar écht doorgronden kunnen we die tijd niet. Dat wist kerkvader Augustinus al. In een fraai stukje poëzie beschrijft Prediker in zijn wijsheidsboek hoe onze levens zich bewegen tussen de twee polen van leven en behoud aan de ene kant en dood en verlies aan de andere kant. Dat is nog altijd herkenbaar, maar roept de vraag op wat het leven, jouw leven nou werkelijk de moeite waard maakt. Daarvoor gaan we te rade bij een andere bijbelse wijsheidsleraar, Jezus. En zijn raadselachtige paradox: ‘Wie zijn/haar leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn/haar leven verliest omwille van mij en het evangelie, zal het behouden’. Wat wil dat zeggen, juist ook in de tijd waarin we nu zitten: die van de veertig dagen voorafgaand aan het Paasfeest?
6 april Marcel Barnard: Tijdloze tijd (Deut. 26:1-11 en Lucas 22:14-20)
In ons door info-technologie beheerste leven is de tijd verdwenen. Alles is op ieder moment beschikbaar, en wel onmiddellijk. Voor 21 uur besteld, morgen geleverd. En alles is er tegelijkertijd. Online ben ik op hetzelfde moment hier en daar. Dag, nacht en seizoenen gaan op in een eeuwig nu. Er is geen opeenvolgende tijdsorde meer. Maar aan de andere kant is er onontkoombaar de biologische tijd, van geboorte tot dood. En de tijd van de arbeider die zwoegt van morgen tot avond. Van de bewoner van de township die verstookt is van elektriciteit en voor wie donker donker en licht licht is. De onstuitbaar voortgaande tijd. Timeless time en de dwingende kracht van het regiem van de tijd staan paradoxaal tegenover elkaar. Waar blijft in dit geheel de God die zich primair openbaart als de God van de geschiedenis, van de voortgaande tijd? De bijbelse notie van de ‘gedachtenis’ biedt een sleutel tot een (begin van een) antwoord.