Ekklesia Leiden
Liturgische schikkingen 1e halfjaar 22
Bloem van God en Liefde
Floriografie:
In de gelijkenis van de Verloren Zoon geeft de Vader zijn zoon een teken van liefde.
Daarom staan in het hart van de schikking drie blauwe Agapanthussen: de bloem van Liefde bij uitstek, want agape is liefde en anthus is bloem. Eromheen staan ‘bloemen van God’ of goddelijke bloemen uit de anjerfamilie: Prikneuzen uit de Pluktuin in wit en fuchsia tussen drie roze wolken van mini-anjers. Hun dure bloemennaam luidt Dianthus: dia is god en anthus is bloem. Enkele eigenwijze grassprieten dansen in de wind…
Uit de liturgie:
Eeuwige God, geef ons vandaag een teken van liefde.[1]
Mensen (…) zijn als gras, zij bloeien als bloemen in het open veld. Dan waait de wind en zijn zij verdwenen. Maar duren zal de liefde van God.[2]
Zijn vader zei tegen hem: “Mijn jongen, (…) maar we konden toch niet anders dan feestvieren en blij zijn, want je broer was dood en is weer tot leven gekomen. Hij was verloren en is teruggevonden.”[3]
——-
[1] Lied: ‘Hoe is uw Naam’ Psalm 103 (t. H. Oosterhuis, m. B. Huijbers).
[2] Lied: ‘Psalm 103’ (m. B. Huijbers).
[3] Lucas 15: 31-32 (NBV) Gelijkenis van de verloren zoon.
Liturgische schikkingen van eerdere vieringen, allemaal verzorgd door Monique van der Gaag, kunt U op onderstaande pagina’s vinden.
Vredelievende bloemetjes
Floriografie:
Wit is de kleur van de vrede en de roos een bloem van de liefde. En een witte roos? Deze bloem staat voor vertrouwen. De betekenis is pure liefde, maar ook licht, stilte en kalmte.
Een rode roos symboliseert liefde, passie en moed. Ook de Agapanthus in wit en blauw zijn synoniem voor de bloem der liefde. Blauw verwijst naar oneindigheid: waar het blauw van de zee overgaat in het blauw van de hemel. Blauw zou ook de kleur van vrede zijn, van harmonie en verstilling.
De witte Lisianthus (met een paars randje) en de witte Klokjesbloem of Campanula in het Latijn staan beide voor dankbaarheid. En de Klokjesbloem ook nog om de roep om vreugde. De kleur lila (van het Limonium en de Herfst-asters) verwijst naar naastenliefde. Herfst-asters in wit en lila verwijzen ook naar vrede en vreugde.
Klimop op de rand van de schaal staat voor trouw. De kleur groen voor hoop (op vrede, naastenliefde, trouw, vreugde, liefde, harmonie?)
Uit de liturgie:
Wees trouw, verloochen niet je naaste, die een mens is zoals jij.[1]
Trouw van trouw, (hoe heeft het ons bevrijd.)[2]
In rozen (staat gij opgericht).[3]
Adem, jij die Liefde bent.[4]
Vrede de weg voor mijn voeten.[5]
——-
[1] Lied: ‘Wie mag te gast zijn’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[2] Lied: ‘Wat vrolijk over u geschreven staat’ Lukas 19, 10 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[3] Lied: ‘Aan de schoonheid’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied: ‘Adem jij die liefde bent’ (t. A. Snitker, m. B. Huijbers).
[5] Lied: ‘Komen ooit voeten’ (t. H. Oosterhuis, m. Stralsünd 1614, bew. B. Huijbers).
Pinksteren, Duifkruid en vlammende Lupinen
Floriografie:
Rood is de liturgische kleur van Pinksteren. Twee boeketten met donkerrode Pioenen, die in het Duits ‘Pfingstrose’ of Pinksterrozen heten, dansen samen in de vaas. Rode rozen als teken van liefde staan in het hart. Rood met blauw geeft paars. Het donkerpaarse Duifkruid verwijst naar de Duif of de Heilige Geest. Een duif staat voor hemelse inspiratie en vrede. De blauwe Korenbloem is net zo blauw als de hemel op een stralende dag. De betekenis is leven. De paarsblauwe Lupine staat voor spirituele ontwikkeling. Het lijken wel blauwe vlammetjes, die verwijzen naar de vuurtongen boven de hoofden van de apostelen. Het was de Heilige Geest in die gedaante.
Uit de liturgie:
De liefde leeft in je nu Ik dans met jou, de dans van de schepping.[1] Vuurtongen stonden boven onze hoofden. (…) Heilige Stormwind, laat niet af, doorvuur ons. Spreek moed, volharding, wijsheid, vrede in.[2] Veni Sancti Spiritus![3]
Zet het blauw
van de zee
tegen het
blauw van de
hemel veeg
er het wit
van een zeil
in en de
wind steekt op.[4]
——-
[1] Lied: ‘Ik danste die morgen’ (t. B. Sleumer, m. Lord of the Dance).
[2] Lied: ‘Naam uit het vuur’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[3] Pinksterhymne ‘Veni Sancti Spiritus’ (Taizė, m. J. Berthier).
[4] Willem Hussem.
Liturgische schikking in de Tiny Church op de Floriade in Almere
Liturgische schikking van 28 mei 2022, foto en floriografie:
https://www.symbolischschikken.nl/lelies-werken-niet/
Floriografie:
In de Christelijke traditie is wit de liturgische kleur vanaf Pasen tot Pinksteren. De kleur van licht, feest en zuiverheid. Zeven witte Afrikaanse lelies of Agapanthussen symboliseren de zeven dagen van de week.
Zes dagen mag je werken en de zevende dag is voor God.[1] De zeven Afrikaanse lelies werken echter op geen enkele dag en weven evenmin, maar herinneren ons er in al hun glorie aan dat onze Schepper ons uitnodigt om ons geen zorgen te maken.
Agapanthus betekent liefdesbloem: ‘agape’ is liefde en ‘anthus’ is bloem. Met het brede blad van de Lisdodde of Typha latifolia L. valt goed te weven. Lisdodde groeit graag aan de slootkant. Typha kan verwijzen naar het Griekse woord tiphos dat moeras of plas betekent. Latifolia wil zeggen: bredere bladeren.
De Bloem
De Bloem
had nooit een ik-moet-nog-doen-lijst,
niet één dag van haar leven.
Ze richtte gewoon haar hele zelf
Naar het licht en
de rest ging vanzelf.
Chelan Harkin Poetry
—–
[1] Vrij naar Exodus 20: 9-10 (Groot Nieuws Bijbel), Haarlem 2001.
Uit de liturgie:
“Kijk eens naar de lelies van het veld, kijk hoe ze groeien. Ze werken niet en ze weven niet.”[1]
——
[1] Lucas 12: 27-28.
Liturgical arrangement, May 28th, 2022, photo and floriography: Monique van der Gaag
Floriography:
In the Christian tradition, white is the liturgical color from Easter through Pentecost. The color of light, celebration and purity. Seven white Agapanthuses (African lilies) symbolize the seven days of the week. Six days you may work, but the seventh day is the day of the Lord. The lilies labour nor weave but remind us in all their glory, that our Creator invites us not to worry.
Agapanthus means love flower: ‘agape’ is love and ‘anthus’ is flower. The broad leaves of the Cattail or Typha latifolia L. are good for weaving. Cattail likes to grow on the side of a ditch. Typha may refer to the Greek word tiphos which means swamp or puddle. Latifolia means: wider leaves.
From the liturgy: “Consider the lilies, how they grow. They do not labour or weave.”[1]
The Flower
The Flower
never had a to-do-list,
not one day of her life.
She just pointed her whole self
toward light.
The rest took care of itself.
Chelan Harkin Poetry
—–
[1] Bible (New International Version), Luke 12, 27
Van Alpha tot Omega
Floriografie:
In een glazen vaas met twee openingen, die het begin en het einde symboliseren, is een tuin met doorschijnend water zichtbaar. In de twee parallel gebonden boeketjes louter witte bloemen, want wit is de liturgische kleur van nu én van de vrede. De witte roos staat voor liefde en de korenaren verwijzen naar het aren lezen. Van Christus wordt gezegd: ‘Ick ben de Alpha ende de Omega, het begin ende het eynde.’ De Alpha is de eerste letter van het Griekse alfabet en de Omega de laatste.
Uit de liturgie:
‘Ik sta hier te balanceren tussen het einde en het begin.’[1] Heugenis aan het woord in den beginne.[2] Zijn handen spelen in, op ieder nieuw begin. Wensdromen worden waar, wij spreken met elkaar een taal van hoop en vrede.[3] Te zien, een tuin, doorschijnend water.[4] Ruth ging dus naar het land om aren te lezen.[5]
——
[1] Vertaald naar Mohja Kahf, uit haar gedicht The First Thing.
[2] Lied: ‘Lied om vrijheid’ (t. H. Oosterhuis, m. B. Huijbers).
[3] Openingslied: ‘Geen taal die Hem vertaalt’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied: ‘Lied om vrijheid’ (t. H. Oosterhuis, m. B. Huijbers).
[5] Ruth 2:3.
Marta’s Aardbeienthee
Floriografie:
Het witte[1] kopje op het witte dienblad is in de drukte omgevallen. Het andere kopje bevat gelukkig nog wel de stralend witte bloemetjes van de wilde aardbei met hun gouden hartje. Deze bloemetjes verwijzen naar die ándere Maria[2], naar wie deze Maria mogelijk vernoemd is. Ook de witte theepot is vol van deze witte bloemetjes, zoals Maria vol is van de woorden van de Heer…
——
[1] De liturgische kleur vanaf Pasen tot Pinksteren is wit.
[2] De maagd Maria, moeder van God, moeder van Jezus.
Uit de liturgie:
Haar zuster, Maria, ging aan de voeten van de Heer zitten en luisterde naar zijn woorden. Maar Marta werd helemaal in beslag genomen door de zorg voor haar gasten. Ze ging naar Jezus toe en zei: “Heer, kan het u niet schelen dat mijn zuster mij al het werk alleen laat doen? Zeg tegen haar dat ze mij moet helpen.” De Heer zei tegen haar: “Marta, Marta, (…) Er is maar één ding noodzakelijk. Maria heeft het beste deel gekozen.”[1]
——-
[1] Lucas 10: 39-42 (NBV).
Witte orchidee en bloemenkrans
Floriografie:
In de christelijke traditie staat de kleur wit voor o.a. reinheid, licht en feest. Groen is de kleur van de hoop, groei en toekomst.
In de Hindoeïstische traditie staat wit voor transparantie en rust. En groen juist voor feest, voorspoed, geluk en mildheid.
Een bloemenkrans komt in beide tradities voor. Uit een zee van groen met olijftakken voor vrede lichten witte ‘gelukbrengende‘ chrysanten op.
Witte Zuidenwindlelie of in het Italiaans ‘jacinthe del Pater nostro’ (Hyacint van Onze Vader) symboliseert zuiverheid.
Gypskruid staat voor onschuld, puurheid en eeuwigdurende liefde. Witte Lisianthus is dankbaarheid.
Witte Alstroemeria is de vriendschapsbloem bij uitstek, waarbij de zes bloemblaadjes wijzen op: medeleven, geduld, begrip, humor, daadkracht en respect.
De orchidee verwijst naar het land van herkomst Indonesië en staat voor o.a. eeuwige liefde en schoonheid.
Uit de liturgie:
Maak ons uw aarde, uw nieuwe hemel: vrede op aarde.[1]
Hij is een God van liefde en genade. Zoals een vader liefdevol zijn armen slaat om zijn kind, omringt hij ons met erbarmen, God onze Vader.[2]
Hij geeft hoop (…) uit een zee van groen.[3] En moed en waakzaamheid.[4]
——-
[1] Lied: ‘Overal zijt Gij onzichtbaar gegeven’ Jesaja 65, 17 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[2] Lied: ‘Zegen, mijn ziel, de grote naam des Heren’ Ps. 103 (t. J.W. Schulte-Nordholt, m. Straatsburg 1539/ Geneve1542/Lyon 1547).
[3] Lied: ‘Voor kleine mensen is hij bereikbaar’ Ps. 72 (t. H. Oosterhuis, m. T. Löwenthal).
[4] ‘Lied om mee te gaan’ (t. G. Luijpers, m. H. Bulder).
Vredeskrans voor Oekraïne
Lokhorstkerk, 21 april 2022
Floriografie of Betekenis van enkele bloemen:
Oranje rozen als teken van vriendschap in deze vredeskrans met olijftakken. Blauwe Druifjes en Narcissen in blauw en geel spreken voor zich.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Вінок миру для України – Лохорстська церква 21 квітня 2022 року
Значення деяких квітів у цьому «вінку миру» з оливковими гілками:
Помаранчеві троянди – символ дружби.
Виноградні гіацинти та нарциси синьо-жовтого кольору говорять самі за себе.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Peace wreath for Ukraine – Lokhorst Church April 21, 2022
Connotation of some of the flowers in this ‘peace wreath’ with olive branches:
Orange roses as a sign of friendship.
Grape hyacinths and daffodils in blue and yellow speak for themselves.
Uit de liturgie:
Dona nobis pacem.[1]
——
[1] Lied: Dona nobis pacem.
Goede Vrijdag
Floriografie:
Het kruis is gemaakt van bundels twijgen en gebroken takken van rood en zwart hout in de kleuren van Goede Vrijdag. In het hart straalt een zonnebloem als teken van de gelovige die zich steeds weer op Christus richt.
De zonnebloem draait met de zon mee en als de zon ondergaat, draait zijn ‘bloemhoofd’ meteen weer terug naar het oosten, waar de zon de volgende dag opkomt.
Paarsblauwe Anemoontjes gelden als ‘de Leliën van het veld’, de Iris is de bloem van de dapperheid. Gele en (paars)blauwe bloemen als symbool van onze verbondenheid met de oorlog in Oekraïne.
Uit de liturgie:
Hij moet een kruis gaan dragen doorheen Jeruzalem.
Wie zijn in onze dagen nog bondgenoot van Hem?
Die zinloos moeten lijden op aanklacht zonder grond,
zij zijn in alle tijden het volk van zijn verbond.[1]
——-
[1] Liedtekst van Harri Beex op de melodie van het lied ‘O Hoofd vol bloed en wonden’.
40-dagentijd: Mystieke Meander
Floriografie:
De ‘circle of life’, de cirkel van onze levensloop, kent diepe dalen, hoge bergen. Ons levenspad loopt niet in een rechte lijn, maar meandert. Zo komen we in de twee halve cirkels roze rozen en roze tulpen tegen als teken van tedere liefde. Tulpen staan ook voor vrolijkheid en geluk. Witte Alstroemeria is de bloem, die alle aspecten van vriendschap in zich draagt: medeleven, geduld, begrip, humor, daadkracht en respect. Paarse Lisianthus getuigt van dankbaarheid daarvoor. De kleine roze en witte bloemetjes van Waxflower staan symbool voor sterke en eeuwigdurende liefde. Olijftakken staan voor vrede. Eucalyptus geeft bescherming. En de paarszwarte bessen van de Hedera of Klimop beloven trouw.
Uit de liturgie:
Mijn engel bereidde mij voor op het komende leven.[1] Je zei: Straks daal je af naar de aarde. Je zult het niet gemakkelijk hebben en eenzaamheid, verdriet en angst moeten doorstaan. Je vertelde me ook, dat ik (…) zou moeten leren om niet alleen liefde te geven, maar ook om die te ontvangen. Want, zei je, alleen wie ontvangen kan, kan geven.[2] Dat ik zie wat is. En het licht niet haat.[3] ‘Dona nobis pacem’[4] Spoorloos trok voorbij de twijfel. De liefde keerde, zag mij, bracht mij drank en spijze, deed mij opstaan uit de dood. Nog een leven zal ik reizen. Nooit meer zonder reisgenoot.[5]
——–
[1] Tekst van Hans Stolp uit: Mijn beschermengel en ik. maar geparafraseerd door Monique van der Gaag.
[2] Hans Stolp: Mijn beschermengel en ik.
[3] Lied: ‘Wek mijn zachtheid weer’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied: ‘Dona nobis pacem’ (t. Taizé Psalm 103, m. J. Berthier).
[5] Lied: ‘Op mijn levenslange reizen’ 1 Kon. 19, 4-8 (t. H. Oosterhuis, m. T. Löwenthal).
40-dagentijd: Mystieke Bloemenwereldbol
Floriografie:
Door de ritsen van deze met geneeskrachtig, ontstekingsremmend Appelblad bedekte Bloemenwereldbollen voorzichtig te openen, wordt een geheim zichtbaar: de pracht van Gods Schepping is overal! Uit het diepst van de aarde komen de lichtgroene bessen van de Hypericum tevoorschijn. Deze plant wordt blij van zon en geeft deze blijheid terug aan de mensen via een geneesmiddel. Met ‘de lelies op het veld’[1] worden mogelijk Anemonen bedoeld.[2] Daarom sieren drie dieppaarse exemplaren de kleinste Bloemenwereldbol. De betekenis is helende bescherming. Eucalyptus geeft eveneens bescherming. Over de wolk van lichtpaarse bloemetjes van de Limonium is niets bekend, maar de bladeren zouden stromend bloed stelpen. Lila Clematis is de bloem van de Drie-Eenheid van Vader, Zoon en Heilige Geest: drie personen en toch maar één God. En paars is de liturgische kleur in de tijd op weg naar het Paasfeest.
——-
[1] Matteüs 6, 28.
[2] Lytton J. Musselman, Henk P. Medema, Van U is ook de aarde. De zwijgende, maar machtige boodschap van planten in het heiligdom, (Vaassen 1993), 32-33.
Uit de liturgie:
Wees hier aanwezig, God in ons midden, toekomst van vrede.[1] Over heel de aarde gaat hun stem, tot aan het einde van de wereld hun taal.[2] Hun echo reikt tot de rand van de aarde.[3] De aarde met haar wel en wee.[4] Het ware licht is Het. Het verlicht ieder mens die komt in deze wereld.[5] Kijk eens naar de lelies, kijk hoe ze groeien in het veld.[6] .Gij hebt de bloemen op de velden met koninklijke pracht bekleed. Laat dan mijn hart U toebehoren en laat mij door de wereld gaan met open ogen, open oren om al uw tekens te verstaan.[7] De zon is de wereld dankbaar.[8] God te zijn voor ieder mens in deze wereld.[9] Je moet God en de schepping tezamen nemen en God zien in zijn schepping en de schepping in God en ze nooit van elkaar scheiden. Dit is niet een universum van ‘God elders’, maar van ‘God overal’.[10]
——-
[1] Lied: ‘Wees hier aanwezig’ (t. H. Oosterhuis, m. T. Löwenthal).
[2] Psalm 19.
[3] Lied: ‘De hemel ontvouwt de glorie van God’ Ps 19 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied: ‘Aan U behoort o Heer der Heren’ (t. J. Wit, m. Wer nur den lieben Gott lässt walten, 1690).
[5] Lezing uit Johannes 1.
[6] Matteüs 6, 28.
[7] Lied: ‘Aan U behoort o Heer der Heren’ (t. J. Wit, m. Wer nur den lieben Gott lässt walten, 1690).
[8] Lied: ‘De boom is de aarde dankbaar’ . (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[9] Tafelgebed: ‘Open uw hart’.
[10] Fragment uit: Kick Bras, Thomas Merton – Onuitsprekelijk paradijs.
Dogma's: Zonde en Narcis in verbinding
Floriografie:
De Narcisjes[1] in de schikking staan maar al te graag in het middelpunt van de belangstelling, zelfs Tête-á-Tête. Echter praten ze het liefst over zichzelf en niet met de ander, maar een beetje langs elkaar heen. Ze zondigen tegen een goed gesprek. En daarom juist staat de ene narcis half in de schaduw en de ander in de stralende zon. De zon, die haar oogverblindend licht laat schijnen op een wirwar van emoties, die gekleurd zijn, vandaar de bonte draden, die houvast vinden op een schaal met kleine butsen en kloven. Maar juist die kleine inhammen op de rand maken de schaal mooi. De rode draad kan verwijzen naar de kleur van woede, maar ook van liefde. Wie zal het zeggen? Aan weerszijden van de Narcisjes staan twee palmbladeren. Eén gevlochten als teken van verbinding en de ander mooi bijgeknipt, goed aangepast aan de omgeving, aan de vorm van het hengsel van de mand. Palmblad staat voor de overwinning van Jezus op de dood. De mand draagt een gebreid jasje in dezelfde kleuren als de Narcis, maar groen, als kleur van hoop, overheerst. In het breiwerk geen gevallen steek of een gat: alle steken zijn met elkaar verbonden. Toch zijn niet alle steken hetzelfde. Dat is geen probleem.
————–
[1] De Narcis is een bloem, vernoemd naar Narcissus: een mooie jongeman, die in de Griekse mythologie verliefd werd op zijn eigen spiegelbeeld in een vijver en wegkwijnde. Aphrodite, de godin van de liefde, heeft medelijden met hem en verandert hem in een bloem: de Narcis.
Liturgie:
Ander, ouder: iemand in ons verborgen… Droefheid drukt ons neer om niet te keren woorden en doet ons gaan in tranen.[1] Zwijgende woorden mogen hier klinken. Zo roepen wij uit wirwar te voorschijn een weg. Uit schaduw van dood.[2] Zo valt op ons hoop.[3] Adem, jij die Liefde bent, spreek in mij.[4] Ik ben mij steeds van mijn zonden bewust, tegen u.[5] De zonde die in mij heerst.[6] Maar als een glimp van de zon (…) hier in ons midden is Hij, hier in de schaduw der hoop.[7] Voor hen die weerloos zijn. Gij, zie het niet langer aan (…) wij elkaar het licht ontroven.[8] En vergeef ons onze schuld en lijdt ons niet in verzoeking, maar verlos ons van het kwade.[9] Onze duisternis hoeft niet verborgen te worden (…), maar wil in stilte gehoord zijn, omdat zij ongekende aspecten van onze identiteit in zich draagt.[10]
———
[1] Vrij naar Lied: ‘Ander, ouder’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[2] Introïtuslied: ‘Aanhef’ (t. H. Oosterhuis, m. T. Löwenthal).
[3] Lied: ‘Lied bij de Berg’ Exodus 19 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied bij Kyriegebeden: ‘Adem, jij die liefde bent’ (t. A. Snitker, m. B. Huijbers).
[5] Lezing: Psalm 51: 5-6 en 12 (NBV).
[6] Lezing: Romeinen 7: 20 (NBV).
[7] Lied: ‘Mensen van God’ Jes. 53, Ps. 1, Matt. 11: 5-6 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[8] Tafelgebed: ‘Groter dan ons hart’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[9] Lied: ‘Onze Vader’.
[10] Petra Galama, in: Speling.
Regenboog, hart en schuilhut
Floriografie:
Een schuilhut van takken in alle kleuren van de regenboog. En zie: hutjemutje staan daar ook nog zeven kleine schuilhutjes! Blauwgroene golven uit een diepe zee van liefde omringen het hart vol liefdevolle bloemen in de regenboogkleuren. Rode, oranje en gele gerbera’s geven vrolijkheid. Rode, oranje en gele rozen staan voor de verschillende soorten liefde: échte liefde, enthousiasme en vriendschap. De anjers in het groen, roze, paars en wit zijn goddelijke bloemen. De witte hyacint staat voor liefde en geluk. De rozerode ranonkel in het kleine, trouwe hart van klimop zegt in bloementaal: “Ik vind je aantrekkelijk!” De bloem staat voor charme en verleiding. Wanneer de bloemblaadjes zich openen, komt het hart naar boven. De roze bessen van het Sint Janskruid maken droevige mensen weer blij…
Liturgie:
We bouwen een hut omdat we behoefte hebben aan plekken van solidariteit met hutbewoners uit het verleden en het heden. We bouwen onze hut niet voor de eeuwigheid. Hij hoeft alleen maar nu bescherming te bieden, morgen zien we wel weer.[1] Zomaar een dak, boven wat hoofden. Deur die naar stilte open staat.[2] En de metselaar antwoordde, zeggende: “Bouw in je verbeelding liever een hut in de wildernis.”[3] Ik zal in mijn huis niet wonen (…) Ik zal niet rusten, geen ogenblik, voordat ik heb gevonden de plaats waar recht wordt gedaan aan de verworpenen der aarde.[4] And through it all, through it all, my eyes are on You and it is well, it is well. The waves and wind still know His name.[5] Omdat Gij het zijt, groter dan ons hart, die mij hebt gezien. Gij die liefde zijt, diep als de zee.[6] De liefde van de Heer duurt eeuwig. Hij omringt je met liefde en goedheid. Hij geneest al het leed dat je lijdt.[7]
————-
[1] Uit Mariecke van den Berg, Ondertussen in de schuilhut. Een queer theologie van het thuiskomen, inaugurele oratie Radboud Universiteit, 2021; te downloaden op www.catharinahalkesfonds.nl
[2] Lied: ‘Zomaar een dak’ 1 Kor. 12, 13 (t. H. Oosterhuis, m. Comt nu met sangh).
[3] Uit: Kahlil Gibran, De profeet (1923).
[4] Lied: ‘Psalm van David’ Psalm 132, 3-5 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[5] Lied: ‘It is well’ (Kristene Elizabeth Dimarco , Horatio Gates Spafford , Phil Paul Bliss).
[6] Tafelgebed: ‘Groter dan ons hart’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[7] Lied: ‘Bless the Lord’ (t. Psalm 103, 1-4, 10. 13. 17-18, m. J. Berthier).
Blauwe roos en het eigen levenspad
Floriografie:
De symbolische betekenis van de blauwe roos is: ‘U bent uniek en buitengewoon bijzonder!’ Staat de blauwe roos voor de farizeeër of de tollenaar?[1] ‘Ieder mens gaat uiteindelijk zijn eigen weg van bevrijding.’ [2] In de spiegel is een moment het blauw van de hemel zichtbaar. En de zon(kracht) . En wijzelf, zoals we zijn… Wanneer ons levenspad op een doolhof of labyrint lijkt, blijkt toch steeds weer een nieuw perspectief om de hoek te liggen. Want er bloeien wel degelijk rozen in deze dwaaltuin: rode rozen teken van liefde. Witte rozen voor onschuld, roze rozen staan voor dankbaarheid, oranje rozen voor enthousiasme, gele rozen voor vriendschap. De contouren van het pad bestaan uit donkergroene klimop als teken van trouw: we mogen erop vertrouwen, dat God ons draagt als de weg (te) zwaar is en dat er vriendschap is tegen duizend vrezen. Soms (ver)loopt het pad niet vlekkeloos, is het pad niet effen en verschijnen er hobbels of kuilen: daarvan getuigt de bonte klimop met het prachtige gevlekte blad. Het grijsgroene Eucalyptusblad bevat een vluchtige aromatische olie, die in de geneeskunde gebruikt wordt om vrijer te kunnen ademen. De kleine witte bloementjes van de Waxflower verwijzen naar de eeuwigdurende liefde. De gele pluimpjes van de Solidago geven moed voor onderweg. De paarse bloemetjes van de Limonium hebben een luchtige bloeiwijze en fungeren als een soort zonnetjes: ze maken alles in hun omgeving een beetje mooier…
—–
[1] Lucas 18, 9-14 (NBV 21.)
[2] Citaat van Karin van den Broeke.
Liturgie:
‘Als je jezelf in de spiegel ziet, ben je dan blij met wat je ziet?’ ‘Ik probeer niet te kijken.’[1] Gij die ons ziet zoals wij zijn, die hoopt dat wij met onverhuld gelaat uw licht weerkaatsen, die ons tot een spiegel slijpt waarin uw toekomst zichtbaar wordt. [2] Licht overdek mij, vuur mij aan. Vaderlijk licht, steevaste schouder, draag mij. Licht, kijk uit mijn ogen of ergens al de wereld daagt waar mensen waardig leven mogen.[3] Licht en adem is de geest: dat jij zonder angst zult leven. Mozes heeft de weg gewezen. Niemand weet hoe jij moet leven! Vriendschap tegen duizend vrezen. Licht en adem: heel veel leven mag je zijn.[4] Adem, jij die Liefde bent, droom in mij. Adem, jij die Liefde bent, spreek in mij. Bid in mij, leef in mij…[5] Aardekracht, zonkracht is Hij licht in mensen.[6] Theopoëzie is het zoeken naar de adem die een gemeenschappelijk leven met fatsoen en waardigheid voortbrengt. Wij ademen samen.[7]
——–
[1] Hell of a Book, Jason Mott, introïtustekst bij Gelijkenissen uit Lukas/ Farizeeër en tollenaar, voorganger: Karin van den Broeke.
[2] Lied: ‘Gij die niemand naar de ogen ziet’ Deut. 10:17-19 (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[3] ‘Lied aan het licht’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied: ‘Boek jij bent geleefd’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[5] ‘Adem jij die liefde bent’ (t. A. Snitker, m. B. Huijbers).
[6] Tafelgebed: ‘De tafel der armen’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[7] Cláudio Carvalhães, in ‘Het is donker, maar ik zing’.
Koningsvaren tussen Katjes
Floriografie:
Op een betrouwbare ondergrond van glanzend klimopblad (klimop is trouw) staat tussen de Katjes op de achtergrond heel eenzaam en alleen de Koningsvaren, een echte paradijsplant. Het zaad had magische krachten: wie het bij zich droeg kon het werk doen van wel twintig mensen. Niet gek voor een eenling! Katjes blijven in de vaas wel één jaar goed, maar de Koningsvaren spant de kroon: die kan wel honderd jaar worden. Katjes symboliseren het nieuwe leven op het einde van de winter: een nieuw begin.
Twee kronkelige draden verbinden Katjes en Koningsvaren. De draad loopt van de één naar de ander én terug. Er bestaat interactie, saamhorigheid, verwevenheid. Gekleurde kopspelden verwijzen naar de veelkleurige speldenprikken[1], die de maatschappij zo nu en dan uitdeelt aan ‘de armsten van de wereld.’[2]
Rozen in allerlei kleuren symboliseren de Liefde, die vele gezichten heeft. Geel staat voor vriendschap en vrolijkheid, oranje is enthousiasme, perzik- of zalmkleurig is waardering en verlangen[3], rood ware liefde, schoonheid en perfectie, wit onschuld en/of nieuw begin, roze dankbaarheid. En soms komt het allemaal samen in de Harlekijn-roos, die bont gekleurde rozenblaadjes draagt met vegen rood, roze en wit. En welk label, welk etiket plakt men op de roos met maar liefst drie tinten oranje? Wat zegt de etiquette daarover?
——
[1] 1 Korintiërs 1: 27-28.
[2] Tafelgebed: ‘Gij die de stomgeslagen mond verstaat’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen) én zie 1 Korintiërs 1: 27-28.
[3] ‘Toon mij niet vergeefs, wat mijn ziel verlangt’ uit ‘Woord dat ruimte schept’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
Liturgie:
Adem, jij die Liefde bent, denk in mij. Adem, jij die Liefde bent, droom in mij, (…) zie in mij, (…) kijk in mij, (…) hoor in mij, (…) ruik in mij. Adem, jij die Liefde bent, spreek in mij, Adem, jij die Liefde bent, zing in mij, (…) dans in mij, (…) juich in mij, (…) bid in mij, Adem, jij die Liefde bent, leef in mij! Adem, jij die Liefde bent, adem mij.[1]
De eenling is iemand, die in de gemeenschap ontbreekt en gemist wordt, want zonder diegene is het geheel niet geheel,[2] heel, volledig of compleet.
Dat ik niet uitval, (…) dat wij niet uit elkaars genade vallen en doelloos en onvindbaar zijn.[3] Woord dat ruimte schept, toekomst wijd licht land, waar een wijnstok bloeit, tegen klippen op, (…) geef dat ik volhard in uw vergezicht.[4] En ik ‘vaste grond voor mijn voeten’[5] houd.
Wat in de ogen van de wereld onbeduidend is en wordt veracht, wat niets is, heeft God uitgekozen om wat wél iets is teniet te doen.[6] (…) In hem verstonden wij (…) de zin van ons bestaan. Gij die ons hebt gezegd wat leven is: te doen wat goed is.[7]
[1] Lied: ‘Adem, jij die Liefde bent’ (t. A. Snitker, m. B. Huijbers).
[2] Inleidende woorden van voorganger Rob van Waarde bij het thema Gelijkenissen uit Lucas, Verloren bezit.
[3] ‘Lied aan het licht’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[4] Lied: ‘Woord dat ruimte schept’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
[5] Uit Psalm 40: 3.
[6] 1 Korintiërs 1: 27-28.
[7] Tafelgebed: ‘Gij die de stomgeslagen mond verstaat’ (t. H. Oosterhuis, m. A. Oomen).
Geen rozenfeest (voor mij)?
Floriografie:
Pinus, distel, wrakhout, Waxflower en een rode roos.
De bloemen en het wrakhout dansen in het rond op de krans volgens het ritme van de cirkelredenering van diegene, die woedend blijft herhalen: ‘En waarom krijg ík geen feest en dat stuk wrakhout wel?’
Stukken wrakhout gepolijst door ‘een zee van stemmen’[1] en meningen spoelden aan op het groen van de Pinus in de krans. Deze groenblijvende naaldboom symboliseert de eeuwigheid en verwijst naar het eindeloze geweeklaag.
De distel staat voor onafhankelijkheid: voor eigen keuzes maken. Tegelijkertijd staat de distel voor afgunst, verdriet en ellende.
Waxflower draagt veel kleine, witte bloemetjes, die lang hun pracht behouden en hun symbolische betekenis is sterke en eeuwigdurende liefde: zeg maar liefde voor altijd.
——
[1] Vrij naar: ‘Lied van de stem’ Genesis 4: 9 (t. H. Oosterhuis, m. R. Veelenturf).
Liturgie:
Wij gooien woorden in een diep ravijn (…) en de stilte stijgt waarin wij, voor hoelang, ons lot vergeten: wezen te zijn, schreeuw die geen antwoord krijgt, weerlozen, aangeklaagd door ons geweten.[1] Stem die mij roept: mens waar is je broer? Stem van die drenkeling, dat stuk wrakhout, dat een mens blijkt, als hij mij aankijkt.[2]
‘Vader’, zei zijn zoon tegen hem: ‘Ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden.’ Maar de vader zei tegen zijn knechten: ‘Laten we eten en feestvieren, want deze zoon van mij was dood en is weer tot leven gekomen, hij was verloren en is teruggevonden.’ En ze begonnen feest te vieren.[3]
De oudste zoon was op het veld. Toen hij naar huis ging en al dichtbij was, hoorde hij muziek en gedans.[4] ‘Waarom krijg ík geen feest?’[5], vroeg hij woedend aan zijn vader. ‘Ik ben u nooit ongehoorzaam geweest!’[6]
(…) Diep in mijn hart voelde ik afgunst tegenover de eigenzinnige zoon. Het is de emotie die in mij opwelt als ik zie dat mijn vrienden uitbundig van het leven genieten, terwijl ze allerlei dingen doen die ik veroordeel. Ik heb hun gedrag wel verwerpelijk of zelfs immoreel genoemd, maar ik heb me tegelijkertijd vaak afgevraagd, waarom ik er eigenlijk niet aan mee durfde te doen.[7]
——
[1] Lied: ‘Weten van God’ (t. H. Oosterhuis, m. B. Huijbers).
[2] Lied: ‘Lied van de stem’ Genesis 4: 9 (t. H. Oosterhuis, m. R. Veelenturf).
[3] Lucas 15: 20-24.
[4] Lucas 15: 26.
[5] Thema 16 januari 2022 bij Gelijkenissen uit Lucas, voorganger Marcel Poorthuis, liturg Japke van Malde bij Ekklesia Leiden.
[6] Lucas 15: 29.
[7] Henri Nouwen.
Paradijsvogelbloemen in takkenbos
Floriografie:
In een takkenbos van snoeihout van de Els, die symbool staat voor de bruisende energie van een blij kind, houden twee Paradijsvogelbloemen zich schuil. Fier richten ze hun groene snavels op naar de hemel. Hun oranje en diepblauwe veren staan parmantig op hun bloemhoofd. Deze Strelitzia is symbool van onsterfelijkheid. De vlammende oranje met gele Kangaroepootjes of Anigozanthos verbeelden het vuur waar ‘Koning Doornstruik’ mee dreigt. De symbolische betekenis is individualiteit.
Liturgie:
De leerlingen zeiden tot Jezus: “Zeg ons, waaraan is het Koninkrijk der hemelen gelijk?” Hij sprak tot hen: “Het is gelijk aan een mosterdzaadje. Het is kleiner dan alle zaadjes. Als het echter op het veld valt dat men bewerkt, wordt het een grote struik en wordt het een schuilplaats voor de vogels van de hemel.” [1] Wil je wel geloven dat je vrede wint? Als je vol vertrouwen leeft, zoals een kind. Als je een geloof hebt als een mosterdzaad, groeit de liefde uit boven de haat..[2]
Ten slotte vroegen de bomen aan de doornstruik: “En u, wilt u onze koning zijn?” En de doornstruik antwoordde: “Als u mij werkelijk tot uw koning wilt zalven, kom dan maar hier, in mijn schaduw is het goed toeven. Maar zo niet, dan zal er uit mijn takken een vuur komen…” [3]
——-
[1] Thomasevangelie – logion 20.
[2] Lied: ‘Wil je wel geloven’ (t. H. Lam, m. W. ter Burg).
[3] Richteren 9: 14-15.
Honderdvoudig: de gelijkenis van de zaaier
Floriografie:
Vier schaaltjes vormen de puzzelstukjes van het verhaal. In het eerste schaaltje liggen graankorrels, die een vogeltje met smaak oppeuzelt. In het tweede zijn witte kiezels te zien, die de rotsgrond symboliseren, waar het graan niet kan ontkiemen. In het derde spelen distels een hoofdrol, maar het graan blijft ondertussen in de coulissen. In het vierde schaaltje vielen de graankorrels eindelijk in goede aarde en brachten honderdvoudige vrucht voort: er bloeien zelfs witte bloemen tussen het graan. En gouden bessen schitteren in de zon…
Liturgie: Vrij naar Lucas 8:4-15
Toen sprak Jezus in een gelijkenis: ‘De zaaier ging uit om zijn zaad te zaaien, maar bij het zaaien viel een gedeelte op de weg, waar het werd vertrapt en door de vogels opgegeten. Een ander gedeelte viel op de rotsgrond: het schoot wel op, maar droogde uit. Weer een ander gedeelte viel tussen de distels, maar de distels groeiden sneller en verstikten het zaad. Nog een ander gedeelte viel op de goede grond; het schoot op en bracht honderdvoudige vrucht voort.’